dinsdag 21 augustus 2012

Fijn stof in De Morgen

Het milieu waar u niet ziek van wordt
Luc Bonneux is arts, doctor in de medische wetenschappen en auteur van het boek “En ze leefden lang en gezond. Hoe gezondheid een industrie werd”. Hij schreef zijn doctoraat over het gebruik van wiskundige modellen in medisch beleid.  Complexe modellen konden niet worden verworpen. De resultaten waren daarom bepaald door de keuzes van de auteurs en hun belangen.
Op dinsdag 7 augustus kon u lezen dat fijn stof de meest schadelijke milieufactor is, wat zou moeten blijken uit een MIRA onderzoek van de Vlaamse milieumaatschappij. Deze resultaten worden opgebouwd in berekeningen met weinig feiten, veel hypothesen en enige verborgen aannames in dienst van de belangen van de onderzoekers.  Het effect is grof overschat, als er al iemand zou weten wat deze berekende ziektelast feitelijk betekent (ik ben daar nooit in geslaagd). De terechte bezorgdheid om het leefmilieu heeft aanleiding gegeven tot een grote wetenschapsindustrie. Deze heeft er belang bij om de zogenaamde milieugevaren voor de mens te overschatten. Feitelijk betekent het buitenmilieu niet veel (meer) voor de menselijke gezondheid.  Bij gebrek aan feiten om politici en kiezers te overtuigen van het nut van meten, onderzoeken en rapporteren worden ondoorzichtige rekenmodellen gebruikt om hen te verwarren.
De onderzoekers gebruiken de DALY methode, of “disability adjusted life years”. Dat is een levensduur doorgebracht in goede gezondheid.  De DALY methode is ontwikkeld door en voor ambtenaren van de Wereldgezondheidsorganisatie met een aanvankelijk beperkt gezondheidseconomisch doel. Ze genoot echter gauw een toenemende populariteit omdat ze grote aantallen resultaten oplevert in de afwezigheid van enig gegeven. Als je een levensduur in goede gezondheid via ziekten zou willen berekenen, heb je een onvoorstelbare vracht aan gegevens nodig: het voorkomen van een aantal stadia van alle veel voorkomende ziekten, een schatting van de ernst van deze ziekten naar stadium, de geschatte duur van deze ziekten en de daarbij horende sterfte, dit alles naar geslacht en naar leeftijd. Vervolgens heb je het effect nodig van milieufactoren, in een aantal klassen, dit naar al deze parameters. In een eenvoudig DALY model met twintig ziekten, drie stadia (mild, matig, ernstig) en drie klassen van blootstelling (idem) aan twaalf milieufactoren heb ik 7 miljoen cellen nodig. Dat is meer dan er Vlamingen zijn. In de praktijk hebben we zelfs geen tienduizendste van de benodigde gegevens: die worden dus uitgevonden. Over al deze milieufactoren woeden wetenschappelijke discussies tussen gelovigen en sceptici. Deze twijfel wordt herleid tot een enkel cijfer in dienst van de auteurs van dit rekenmodel.  Deze Byzantijnse rekenpartijen zijn circulair: de aanname bepaalt het resultaat. Wij van WC-eend raden WC-eend aan. Deze wiskundige kwakzalverij is niet onschuldig: het is de bedoeling om politieke prioriteiten te beïnvloeden.
Fijn stof is nieuwspraak voor luchtvervuiling. Deze nieuwspraak is typisch voor de deskundigencultuur: bij luchtvervuiling kunnen burgers zich wat voorstellen en kunnen ze ook meepraten. Fijn stof is mysterieus, niet direct waarneembaar en angstaanjagend: burgers worden afhankelijk van deskundigen. Luchtvervuiling is sterk afgenomen, de alarmdrempels werden steeds lager. De gezondheidseffecten van luchtvervuiling zijn deksels moeilijk aan te tonen, buiten uitzonderlijke toestanden als zware smog. Mensen leven veel binnen, waar ze relatief beschermd zijn van de buitenlucht. Dat leven in besloten ruimtes heeft gezorgd voor sterke longen: mensen zijn geselecteerd door rokende houtvuurtjes in grotten en hutten. Luchtvervuiling komt voor in sterk veranderlijke cocktails. De aanhangers van de fijn stofhypothese beweren dat de massaparameters van stof (de omvang van de stofdeeltjes) voldoende zijn, maar dat wordt niet ondersteund door dierproeven. Proefdieren worden slechts ziek door zeer hoge doses aan stof. Water is dan ook dodelijk: proefdieren verdrinken. Aanhangers van de fijn stofhypothese laden de verdenking op zich dat ze rijden voor de onderzoekindustrie.  Hoe fijner het stof is, hoe duurder het is om te meten en hoe dodelijker het wordt, althans in de wetenschappelijke boekjes.
Het grootste probleem in het aantonen van gezondheidseffecten door luchtvervuiling is de vergelijkbaarheid van bevolkingen. Mensen die schone lucht inademen, leven vaak in mooie villawijken en moderne steden als onderdeel van de bovenklasse. Mensen die vieze lucht inademen, wonen vaak in vervuilde binnensteden en verouderde industriegebieden als onderdeel van de onderklasse. Het is een mythe dat we daarvoor statistisch kunnen corrigeren: het tegendeel is zeer vaak aangetoond. De meeste fijn stofstudies zijn Amerikaans, waar dit verschil tussen bovenklasse en onderklasse nog veel groter is. Bovendien liggen de vervuilde gebieden vaak in de “roestbelt”, de oude staalindustrie (stof van metalen is bekend schadelijk). Overzichten van deze studies tonen forse interactie tussen effecten van vervuiling en van opleiding: hoe lager de opleiding, hoe groter het effect van vervuilde lucht. Bij hoge opleidingen is er geen effect meer.  Kleine effecten in weinig vergelijkbare bevolkingen mogen niet oorzakelijk worden geïnterpreteerd: je moet ruimte laten voor de concurrerende hypothesen.  
De concurrerende hypothese is sociale achterstand. Vergelijk een blanke Amerikaan levend in een airconditioned villa in de buitenwijken met een zwarte in een beschimmeld krot in een binnensteeds ghetto. Wat onze gezonde levensduur beïnvloedt zijn leefomstandigheden: de lucht die we buiten inademen vormt daar slechts een fractie van. Schone lucht is beter dan vieze lucht. Maar voor de gezondheid betekent luchtvervuiling weinig. Kinderen die hun school niet afmaken, bijvoorbeeld, vallen in vicieuze cirkels van slechte jobs, lage inkomens, hoge werkeloosheid, vervallende huurwoningen, later lage pensioentjes en hoge kansen op dementie. Dat veroorzaakt een slechtere gezondheid dan een leven lang roken – en je kan er niet mee stoppen. Over de grote aantallen schoolverlaters zonder diploma in Vlaanderen zou ik meer mijn slaap laten, al was het maar uit egoïsme. De Verenigde Staten tonen welsprekend dat een grote en maatschappelijk zwakke onderklasse  een gevaarlijke en ongezonde samenleving veroorzaakt.
We hebben lucht en water flink opgeschoond. Het moet nog beter. Maar het doel heiligt niet de middelen: de bangmakerij moet ophouden. Zo gauw het woord “gezondheid” valt, begin ik me al te schamen over mijn vak. Er wordt verdraaid en gespind, om de burger te overtuigen van het tegendeel van wat de blik op de eenvoudigste gegevens leert. We leven langer en gezonder dan ooit, steeds verder voorbij onze natuurlijke levensverwachting. Helaas verhindert dat nooit dat we oud worden en dood gaan. Deze angst is de mest waarop een steeds minder scrupuleuze gezondheidindustrie gedijt. Om hun onderzoeksmolentjes te blijven draaien, blijft die de bange, blanke burger bestoken met onheilspellende berichten en loze beloften over gezondheid.